This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Examentraining Engels
Slide 1 - Slide
Lesson aim
At the end of this lesson I will know how to target and practice reading, as a preparation for my final exam.
Slide 2 - Slide
Wat is het doel van begrijpend lezen?
A
Een tekst begrijpen
B
Belangrijke informatie uit een tekst halen
C
Betekenis van onbekende woorden achterhalen
D
Een tekst voor plezier kunnen lezen
Slide 3 - Quiz
Bij welke strategie lees je de hele tekst nauwkeurig?
A
Intensief lezen
B
Scannen/Skimmend
C
Begrijpend
D
Zoekend
Slide 4 - Quiz
Engelse teksten lezen en begrijpen.
A
Lukt mij goed.
B
Gaat redelijk.
C
Vind ik lastig.
D
Lukt niet.
Slide 5 - Quiz
Globaal lezen
zoekend lezen
intensief lezen
tekst helemaal lezen
tekst goed begrijpen
specifieke informatie vinden
vinden van hoofdzaken
Slide 6 - Drag question
Skimmen
Scannen
Intensief lezen
De tekst snel lezen zodat je ongeveer weet waar de tekst over gaat
Je gaat op zoek gaat naar specifieke informatie.
Lees elk woord en zorg dat je het stukje tekst begrijpt
Slide 7 - Drag question
Lees onderstaande leessituaties. Welke leesstrategie pas je toe?
Situatie 1:
Om 07.00 uur valt de krant door de brievenbus. Voordat je naar school gaat, wil je snel weten wat het belangrijkste nieuws is.
Situatie 2:
Voor biologie moet je een werkstuk maken over klimaatverandering. Je hebt op een internet een tekst gevonden over het klimaat. Je wilt weten of je de tekst kunt gebruiken.
Situatie 3:
Je hebt morgen een toets over politieke besluitvormingen. Je leest de tekst in je boek maatschappijleer.
Situatie 4:
Je wilt een pretpark bezoeken en bent benieuwd naar de prijzen. Je bezoek de website van het pretpark.
Orienterend lezen
Globaal lezen
Precies lezen
Zoekend lezen
Kritisch lezen
Slide 8 - Drag question
Tekst
Skimmen
(titel, plaatjes)
Stap 2
Stap 3
Stap 5
Stap 4
Stap 1
Eigen antwoord
Intensief lezen
Vraag lezen
Scannen
Slide 9 - Drag question
Effectief of niet: leesstrategieën
Effectief
Niet effectief
Eerst de hele tekst lezen
Aantekeningen maken
Bedenken wat je al weet
Starten met het lezen van vragen
Starten met lange teksten
Eerst bekijken waar de tekst over gaat
Zelf bedenken wat het antwoord op de vraag kan zijn
Letten op plaatjes
Slide 10 - Drag question
LET OP:
Beantwoord een open vraag altijd in het Nederlands, behalve als het anders is aangegeven. Als je in het Engels antwoordt, levert dat 0 punten op.
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
but en because zijn signaalwoorden
but geeft een tegenstelling aan
because een oorzaak/reden
na een signaalwoord komt informatie en dus vaak je antwoord
Slide 14 - Slide
vertaal: confident commuters struggle audiences
Slide 15 - Open question
confident ->met (zelf)vertrouwen
commuters ->forenzen (mensen die tussen huis en werk reizen
struggle -> worstelen met iets
audiences -> publiek (mv)
Slide 16 - Slide
venue concerns affect require shifts
Slide 17 - Open question
venue -> locatie
concerns -> bezwaren/zorgen
affect -> invloed hebben op iets
require -> vereisen, nodig zijn, moeten
shifts (mv) -> in dit geval betekent het ploegendiensten ( van die buschauffeurs) maar
shift kan ook betekenen -> veranderen, verplaatsen
denk eraan dat je nooit de eerste vertaling klakkeloos overneemt... let goed op context. Klopt het met de tekst?
Slide 18 - Slide
A
B
C
D
Slide 19 - Quiz
Slide 20 - Slide
vertaal deze signaalwoorden m.b.v. het woordenboek
Slide 21 - Slide
consequently however likewise moreover
Slide 22 - Open question
consequently als gevolg, dus,
however echter, maar, niettemin
moreover bovendien
likewise evenals, net als, insgelijks
Dit zijn allemaal signaalwoorden, met andere woorden: een signaalwoord moet een belletje doen rinkelen.
Naeen signaalwoord komt er altijd iets belangrijks-> informatie
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
A
consequently
B
however
C
likewise
D
moreover
Slide 25 - Quiz
Ga terug naar de vorige slide (tekst)
1. zoek moeilijke woorden in deze tekst
2. schrijf ze op -> markeer ze met geel (tijdens een papieren examen met een markeerstift)
3. Weet je wat ze betekenen?
4. kun je ze 'raden' uit de context? = tekst om een woord heen zo niet, zoek op en schrijf op.
Slide 26 - Slide
moeilijke woorden uit de tekst
Slide 27 - Mind map
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Slide
zoek ze op en schrijf de vertaling
Slide 30 - Open question
has embarked is begonnen met
covert mission geheime missie
(to) rid je ergens van ontdoen/afkomen
include omvatten, betrekken
posing as zich voordoen als
other reasons include andere redenen zijn
offspring nageslacht, kinderen
admitting toegeven
Let op! als er -ing achter staat, is het HELE ww zonder -ing ->dus je zoekt op admit= toegeven